Toepassen

In Van den vos Reynaerde legt Grimbeert de das Reynaert een boete op, nadat deze bij hem ‘gebiecht’ heeft:

Daer na in gherechten rade

Riet hi hem goet te wesene

Ende te wakene ende [su_tooltip position=”south” content=”infinitief gebruikt als zelfstandig naamwoord (gerundivum), betekenis: te bidden.”]te lesene[/su_tooltip]

Ende te vastenen ende [su_tooltip position=”south” content=”de kerkelijke feestdagen te vieren”]te vierne[/su_tooltip],

[su_tooltip position=”south” content=”En op het goede pad te brengen”]Ende te weghe waert te stierne[/su_tooltip]

Alle die hi buten weghe saghe

Benoem de stijlfiguur in dit fragement. Maak een keuze uit de in de theorie genoemde stijlfiguren.

[fill]

[enumeratio][anafoor]

[/fill]

 

Vertaling: Daarna drukte hij hem op het hart zich goed te gedragen, ’s Nachts te waken en te bidden, te vasten en de kerkelijke feestdagen te vieren en allen die zich op het slechte pad bevinden de goede richting op te sturen.
Uitleg: Het gaat om enumeratio, opsomming (met ende). Je kunt deze constructie ook anafoor noemen, omdat het gaat om een herhaling op een vaste plaats in de zin. De functie is het benadrukken van een passage. Hier is de stijlfiguur voertuig voor ironie, omdat reynaert niet echt berouw heeft en doet alsof, is die boete-oplegging door Grimbeert natuurlijk volslagen belachelijk.

[previous][next]

[symple_toggle title=”Stijlfiguren”]

Stijlfiguren zijn bewuste afwijkingen van de alledaagse manier van spreken en schrijven. Het doel is altijd een speciaal effect bereiken, bijvoorbeeld nadruk op iets leggen, verrassing, overtuiging of humor. Stijlfiguren horen bij taal, dus ook bij het Middelnederlands.

Op p. 119 in Mooijaart & Van der Wal wordt een aantal stijlfiguren besproken.

Stijlfiguren die vaak in het Middelnederlands voorkomen zijn:

[su_accordion]
[su_spoiler title=”Tautologie”]

De tautologie (epische variatie) is een stijlfiguur waarbij ongeveer synonieme woorden in één zin worden gebruikt. Een tautologie bestaat meestal uit woorden van dezelfde woordsoort, bijvoorbeeld bijvoeglijke of zelfstandige naamwoorden of werkwoorden. Voorbeelden:

  • al brochte Brune dat hooft uut met arbeide en met pinen -> al kreeg Bruun zijn hoofd eruit met inspanning en moeite [letterlijk]; met veel inspanning
  • een wijs meester ende een vroet: een wijze en verstandige meester: dus: een zeer wijze meester.

Vertaling: er is geen vaste regel over het vertalen van een tautologie, maar in een poëtische tekst wil de schrijver meestal extra nadruk aan iets geven. Daarom blijven de twee woorden dan meestal in de vertaling gehandhaafd. In epische teksten kun je ervoor kiezen om bijvoorbeeld extra bijvoeglijk baamwoorden of bijwoorden te gebruiken om de nadruk weer te geven, zoals in de bovengenoemde voorbeelden (veel en zeer).

[/su_spoiler]

[su_spoiler title=”Hendiadys”]

Letterlijk betekent het woord hendiadys: één door twee. Dit stijlfiguur drukt één begrip uit via twee nevengeschikte woorden, verbonden door het voegwoord en. De twee woorden vertegenwoorden samen één begrip. Voorbeeld:

1) Ik zit en lees een boek: ik zit een boek te lezen
2) Zij brachten lof en zang: zij brachten een lofzang

Middelnederlandse voorbeelden:

  • Reynaerd brochte mi zeghele ende brief -> Reynaert bracht me een verzegelde brief
  • Hi stont en sprac -> hij stond te praten

Vertaling van een hendiadys
In de vertaling laat je de nevenschikking niet staan, maar verenig je de twee begrippen, zoals hierboven.

[/su_spoiler]

[su_spoiler title=”Pleonasme”]

Er wordt expliciet een eigenschap genoemd die al in het hoofdwoord opgesloten ligt. Voorbeeld:

Vrauwe Hermelinen met haren cleenen welpkinen -> Vrouwe Hermeline met haar kleine welkpjes (welpjes zijn altijd klein).

Vertaling: het pleonasme laat je gewoon staan in de vertaling.

[/su_spoiler]

[su_spoiler title=”Enumeratio”]

Een enumeratie is een opsomming bedoeld om iets te benadrukken. Voorbeeld:

no dor goet, no dor miede, no dor niet, no dor noet, no door sorge vander dood-> noch om bezit, noch om geld, noch uit woede, noch uit nood, noch uit vrees voor de dood.

[/su_spoiler]

[su_spoiler title=”Litotes”]

Om iets nadrukkelijker te beweren wordt het tegenovergestelde ontkend. Deze stijlfiguur heet een litotes. Met een litotes relativeer je de waarheidsclaim in beweringen en die relativering is vaak humoristisch Voorbeelden:

  • niet sere hi loech -> letterlijk: hij lachte niet erg, waarmee bedoeld wordt: hij was erg bang/boos.
  • Si ne was lat no traghe -> letterlijk: zij was lui noch traag, waarmee bedoeld wordt: zij was ijverig.

Vertaling: Er zijn twee mogelijkheden: of je vertaalt de litotes en maakt er een aantekening bij, of je lost hem op.

[/su_spoiler]

[su_spoiler title=”Personificatie”]

De personificatie is een vorm van beeldspraak waarbij een abstract begrip of een levenloze zaak als persoon wordt voorgesteld. Vaak gaat het in het Middelnederlands om de minne (de liefde) of de doghet (deugd). Voorbeeld:

Die minne doet met mi dat si gebiet-> de liefde doet met mij wat zij beveelt

[/su_spoiler]
[/su_accordion]

[/symple_toggle]

[symple_toggle title=”M&W 119″]

In een tautologie (epische variatie) worden twee min of meer synonieme woorden vlak bij elkaar gebruikt.

In een hendiadys wordt één begrip met twee nevengeschikte woorden uitgedrukt.

Bij een pleonasme wordt expliciet een eigenschap genoemd die al in het hoofdwoord opgesloten zit.

Een enumeratio (opsomming) is bedoeld om iets te benadrukken.

Bij een litotes wordt iets nadrukkelijker beweerd door het tegenovergestelde ervan te ontkennen.

Een personificatie is een vorm van beeldspraak waarbij een abstract begrip of levenloze zaak als persoon wordt voorgesteld.

[/symple_toggle]

Leave a Comment.